zondag 25 november 2012

Klas 6: leesverslag stromingsboek: De Donkere Kamer Van Damokles (Willem Frederik Hermans)

Algemene informatie
a)
I. Auteur: Frederik Hermans, Willem
   Titel: De donkere kamer van Damokles
II. Plaats van uitgave: Pössneck (Duitsland) (bij de eerste    uitgave Amsterdam)
    Jaar van uitgave: 2012
    Jaar van eerste uitgave: 1958
III. Aantal pagina's: 319

b) Genre: psychologische oorlogsroman

c) Samenvatting 

Het boek begint met de beroemde zin ‘…Dagenlang zwierf hij rond op zijn vlot, zonder drinken’. De onderwijzer van Henri Osewoudt vertelt een verschrikkelijk verhaal over een drenkeling, die het zoute water van de zee niet kan drinken, terwijl hij toch zo’n dorst heeft. Iedereen lacht erom, behalve Henri. Als hij twaalf jaar is, vermoordt zijn geestelijk gestoorde moeder zijn vader, een sigarenhandelaar te Voorschoten. Hij verhuist naar Oom Bart in Amsterdam. Zijn oudere nicht Ria neemt hem ‘s nachts bij zich in bed. Later ontdekt hij dat ze lelijk is.
Op zijn zeventiende ontdekt hij ook dat hijzelf klein en onaantrekkelijk is, met zijn dunne haar en gladde wangen. Hij trouwt met Ria en verhuist met haar en zijn moeder, die de psychiatrische inrichting heeft verlaten, naar 
Voorschoten en heropent de sigarenwinkel. Hij kan niet in militaire dienst: hij is niet lang genoeg. Dan ontmoet Osewoudt in mei 1940 de officier Dorbeck, die zich niet aan de Duitsers wil overgeven. Dorbeck vraagt Osewoudt een fotofilmpje voor hem te ontwikkelen en dit op te sturen naar het adres van ene Evert Jagtman te Amsterdam. Nog driemaal verschijnt Dorbeck in Osewoudts sigarenwinkel. Eenmaal om van Osewoudt een pak te lenen (Osewoudt begraaft zijn uniform); de tweede keer om het pak terug te brengen. Hij vraagt Osewoudt dan een ander filmpje te ontwikkelen. Osewoudt verprutst dit filmpje. De derde keer krijgt Osewoudt opdracht iemand te vermoorden in Haarlem. Dorbeck geeft hem een pistool. Samen met Zéwüster, een medewerker van Dorbeck, brengt hij in Haarlem drie mannen om. Hierna ziet Osewoudt Dorbeck niet meer. Hij ontwikkelt de foto’s van het 
filmpje dat Dorbeck hem in de meidagen gaf. Daar staan drie foto’s op, maar de vierde, een foto van Dorbeck, mislukt, want zijn hysterische moeder doet het licht aan. Hij bewaart de drie andere foto’s als ‘herinnering aan de enige man die hij ooit bewonderd had’. In 1944, vier jaar later, bericht Dorbeck Osewoudt dat hij de foto’s naar een postbusnummer in Den Haag moet sturen. De foto’s fungeren als opmaat voor verzetsopdrachten. Eerst legitimeert ene Elly Sprenkelbach Meyer zich met één van de foto’s. Zij komt uit Londen, vertelt ze. Hij laat haar logeren bij Oom Bart te Amsterdam. Wanneer hij de volgende dag naar zijn huis in Voorschoten opbelt, hoort hij van Moorlag, een student die bij Osewoudt op kamers woont, dat de Duitsers die nacht zijn moeder en Ria hebben gearresteerd. Moorlag heeft een envelop weten te redden waarin de tweede foto zit. Osewoudt moet Dorbeck over een week bellen. Moorlags vriend Meinarends bezorgt Osewoudt een nieuw persoonsbewijs en introduceert Osewoudt in de verzetsgroep van Labare, waar hij foto’s moet ontwikkelen. Hij ontmoet de Marianne, een ondergedoken Jodin. Ze verft zijn haar zwart, zo lijkt Henri sprekend op Dorbeck. Toevallig komt hij Zéwüster tegen, die bang voor hem lijkt te zijn.

Als hij op de afgesproken tijd Dorbeck belt, krijgt hij de opdracht een medewerkster van Dorbeck te ontmoeten in Amersfoort. Deze vrouw is gekleed in het uniform van leidster van de Nationale Jeugdstorm en moet zich met de derde foto legitimeren, maar Osewoudt vergeet naar de foto te vragen. Ze noemt zich ‘Hé jij’. Osewoudt vermoordt drie mensen en voegt zich weer bij ‘Hé jij’, die op de terugreis gearresteerd wordt. Osewoudt keert terug naar Amsterdam en ontmoet Mariannne bij de ingang van een bioscoop. Tijdens het voorprogramma wordt zijn portret geprojecteerd met het onderschrift dat hij gezocht wordt. Hij vlucht, maar wordt gearresteerd. 
Eerst wordt hij keihard ondervraagd door Kriminalrat Wülfing over de aanslag in Haarlem. Een andere gevangene beweert dat hij Henk Osewoudt is. Osewoudt zwijgt. Obersturmführer Ebernuss gaat verder met het onderzoek. Hoewel Osewoudts verwondingen niet ernstig blijken te zijn, laat Ebernuss hem naar het ziekenhuis Zuidwal brengen. Osewoudt vermoedt dat de homoseksuele Eberrnuss hem heeft willen sparen. Dezelfde avond wordt hij uit het ziekenhuis bevrijd en naar Leiden gebracht, naar het huis van Labare, waar ook Marianne is. Ze bedrijven de liefde en hij vertelt hij Marianne over zijn dubbelganger Dorbeck. Ook vertelt hij haar dat hij zich minderwaardig voelt. Dan vallen de Duitsers het huis binnen en arresteren ze Osewoudt opnieuw. Ebernuss is vriendelijk. Osewoudt hoort van hem dat zijn moeder overleden is en dat Ebernuss achter het bestaan van Dorbeck is gekomen. Hij wil Marianne in veiligheid brengen als Osewoudt hem met Dorbeck in contact brengt. In de auto op weg naar het ontmoetingspunt blijkt dat Ebernuss wil deserteren. Dorbeck is inderdaad op de illegalensociëteit aanwezig en hij draagt Osewoudt op om Ebernuss te vergiftigen. Dorbeck geeft Osewoudt een adres en een vermomming (een verpleegstersuniform) en belooft om hem en Marianne naar het bevrijde Zuiden te helpen. Osewoudt neemt een foto van hen beiden, staande voor een spiegel. Marianne blijkt in een ziekenhuis te zijn bevallen van een doodgeboren kind. Kapot van verdriet, accepteert Osewoudt een lift van een Luftwaffe-officier. 
Onderweg naar Dordrecht, waar hij zich van de officier ontdoet, vermoordt hij in Voorschoten zijn vrouw Ria. 
In het bevrijde Zuiden wordt hij dadelijk in hechtenis genomen: men houdt hem voor een berucht verrader. Hij wordt naar Engeland gebracht. De autoriteiten daar ondervragen hem uitsluitend over zijn contact met Elly. Terug in Nederland wordt hij gevangen gezet in een kamp voor landverraders in Drenthe. Dan wordt zijn zaak nauwkeurig onderzocht. Het blijkt dat de drie foto’s gebruikt werden door de Duitsers om verzetsgroepen te infiltreren. Inspecteur Selderhorst vindt dat Osewoudt ‘Hé jij’ en ook de groep Labare aan de Duitsers heeft uitgeleverd. Osewoudt kan het bestaan van Dorbeck niet aantonen: iedereen die hem ontmoet heeft, is dood; de ene foto waarop Dorbeck staat, is mislukt en de andere, waar zij samen op staan, zit nog in Osewoudts toestel. Selderhorst laat naar dit toestel zoeken. Bij de reconstructie van zijn tweede arrestatie kan Osewoudt de straat 
waarin hij vluchtte, niet terugvinden, maar wel weet hij Dorbecks uniform op te graven uit zijn tuintje in Voorschoten. Uit een krantenartikel, getiteld ‘Held of verrader’ blijkt de verwarring in de zaak-Osewoudt. Marianne is onvindbaar in Palestina. Zijn moeders psychiater wil op het proces verklaren dat Osewoudt net als zij aan waanvoorstellingen lijdt. Osewoudt weigert verontwaardigd. Uiteindelijk vindt men Osewoudts camera waar de film 
nog in blijkt te zitten. Maar er staat alleen een foto op van Osewoudt in gezelschap van Eberrnuss. Wanhopig roepend, rent Osewoudt het gebouw uit en wordt bij het hek neergeschoten.

Specifieke opdracht: verwerkingsvragen
 
a Noteer puntsgewijs de kenmerken van je stroming
 
Dit boek is niet bij een naoorlogse stroming in te delen. Wel zijn er enkele elementen te herkennen uit de literaire stroming Romantiek; 
1. Liefde en vriendschap was volgens de romantici belangrijk, omdat men vrienden kiest op grond van hoe zij zijn en het handelen van een persoon kan worden verklaard door zijn/haar relaties (vriendschappelijk, maar ook bij partners). 
2. Nationalisme komt voort uit de gedachte dat elke samenleving en natie zijn eigen cultuur heeft door een gemeenschappelijk verleden. Volgens romantici moet die niet aangetast worden. 
 
Anderen zijn van mening dat dit boek valt onder existentialisme;
3. Iedere individu moet het zinloze leven 'zin' geven. Het leven wordt gezien als iets volstrekt zinloos.
4. De verandering in de hoofdpersoon die erachter komt dat hij het leven in zijn hand heeft, in plaats van het geloof dat de mens los staat van alles en iedereen.
5. Door middel van extreme situaties gaat de mens zichzelf vragen stellen en die kunnen alleen beantwoord worden door de subjectieve 'ik'.
6. Het draait om egocentrisme: de individu is voor zichzelf het middelpunt, waardoor er vele middelpunten zijn.
 
Ook het ontluisterend proza is in het boek te vinden:
7. De hoofdpersoon is een antiheld: amoreel, anti-intellectualistisch, areligieus en heeft geen idealen. De nadruk ligt op lichamelijkheid (negatief).
 
b) Licht de kenmerken (bij a genoemd) toe met voorbeelden uit het boek
1. Osewoudt heeft nooit veel vrienden gehad, wat veel invloed heeft gehad op zijn zelfbeeld en daardoor het navolgen van Dorbeck.
 
2. In een oorlog komen de nationalisten tegenover de niet-nationalisten te staan. In de Tweede Wereldoorlog waren de uitersten de NSB'ers tegenover de mensen uit het verzet. De NSB'er in het boek is bijvoorbeeld de zoon van de apotheker tegenover Osewoudt. De zoon van de apotheker had samen met Ria (de vrouw van Osewoudt) de echtgenoot van Ria aangegeven bij de Duitsers.
 
3/4. Osewoudt vond zichzelf een nietsnut en in het boek maakt hij een transformatie door, want hij ziet in dat hij door Dorbeck na te doen zijn leven vorm kan geven en de nietsnut in hem kan veranderen. Osewoudt dacht eerst dat hij nooit zou kunnen veranderen, omdat hij lelijk was en getrouwd was met zijn lelijke, zeven jaar oudere nicht. In het boek merk je dat hij tijdens zijn daden in het verzet ook dames kan verleiden en zelfs een mogelijke relatie binnen sleept. Door omstandigheden is er na de oorlog geen sprake meer van een relatie tussen de beide personen. 
 
5. De oorlog is naar mijn idee een extreme situatie om jezelf vragen te stellen en dat antwoord voor jezelf klaar te maken. 
Toen Osewoudt namelijk de keus kreeg om de Duitsers mee te helpen en zo zijn geliefde vrijheid te geven en een kans op een betere toekomst voor zichzelf met haar te scheppen of niet mee te helpen en te kiezen voor zijn vaderland, waarbij zijn geliefde dan in het concentratiekamp werd gelaten en dus zeker de dood tegemoet zou gaan. Hij moest als het ware beslissen over het de vrijheid van zijn geliefde tegenover de vrijheid van zijn vrienden en omdat hij meer liefde voelde voor zijn geliefde dan voor zijn vrienden maakte hij dus de subjectieve keuze om te kiezen voor zijn geliefde en de Duitsers mee te helpen.

6. Egocentrisme blijkt bijvoorbeeld in het handelen van Eberrnuss. Hij ziet dat het einde van de oorlog in het zicht komt en bedenkt dus dat hij zijn goede baantje bij de vijand maar beter op kan geven, wil hij zijn eigen hachje redden. Hij wil dan dat Osewoudt ervoor zorgt dat Dorweck zorgt voor een onderduikadres. 
 
7. Osewoudt is een echte antiheld. Hij is niet intellectueel wat tot blijk komt als hij in een bibliotheek komt en hij zich niet aangetrokken voelt tot alle lectuur die daar te vinden is. Dat hij niet religieus is merk je op het einde van het boek, als hij op de ziekenzaal ligt en letterlijk zegt dat bekering een middel van schijnheiligheid is om je eigen huid te redden, tegen de pater. Zijn lichamelijkheid komt door het hele boek naar voren. Hij is sterk door judo, maar ook lelijk. Door zijn lelijkheid vindt hij zichzelf minder dan andere mensen, terwijl hij zichzelf juist erg snel lichamelijk aangetrokken voelt tot het vrouwelijk geslacht. 

c) Leg uit welke mate het door jou gekozen boek een exponent is van de betreffende stroming.
Aangezien het boek drie stromingen bevat, vind ik het moeilijk om een bepaalde exponent te geven aan het boek voor een enkele stroming of voor de drie stromingen afgezonderd van elkaar. De stromingen hangen naar mijn idee samen met het idee dat in die tijd speelde. De Tweede Wereldoorlog was net achter de rug en dat moet zoveel indruk hebben gemaakt dat de meningen en gevoelens opnieuw de vrije loop kregen. Het was bijzonder om te zien hoe de stromingen samenkwamen tot een logische gedachtegang voor de periode na de Tweede Wereldoorlog. Mensen zijn erg nationalistisch, hadden veel gedaan om hun eigen hachje te redden, grenzen zijn letterlijk en figuurlijk overschreden en na de oorlog moesten al die mensen weer zichzelf leren kennen en was het meeste onderlinge wantrouwen verdwenen. Het gebrek aan vertrouwen in elkaar had geleid tot het sterke egocentrisme en door het 'zuiveren' van de landverraders uit de Nederlanders zou eigenlijk iedere verzetsstrijder krijgen wat hem/haar toebehoort: vrijheid. Maar het boek drukt je bij deze even met je neus in andere pap, want dat blijkt helemaal niet zo te zijn. Een onschuldig persoon kan dus vast komen te zitten, terwijl hij net zo goed van de vrijheid hoort te genieten. Deze wending aan het verhaal laat zien dat rationalisme niet perse hoeft te lijden tot gerechtigheid en er altijd een vorm van subjectiviteit in een vrijlating zit: Osewoudt werd niet geloofd omdat hij er zo raar uitzag. 


Bronnen

- Website 'Lezen voor de lijst', 'De donkere kamer van Damokles Willem Frederik Hermans', internet, 25 november 2012, (http://oud.lezenvoordelijst.nl/documents/ex_hermans_docent.pdf)

- Laura, 'De donkere kamer van Damokles', internet, 9 september 2003, (http://www.scholieren.com/boekverslag/52018) 

- Wikipedia, 'Romantiek (stroming)', internet. 25 november 2012, (http://nl.wikipedia.org/wiki/Romantiek_(stroming))

- Wikipedia, 'Existentialisme', internet, 25 november 2012, (http://nl.wikipedia.org/wiki/Existentialisme)

- Wikipedia, 'Nederlandse literatuur, internet, 25 november 2012, (http://nl.wikipedia.org/wiki/Nederlandse_literatuur)